Vijf uur ’s middags. Een tijdstip waarop in een doorsnee kantoor het licht uit gaat. Het moment waarop de nieuwsredactie van RTL Nederland op stoom komt. Een zaal vol journalisten – bellend, schrijvend, overleggend – ergens in Hilversum. Boven hun hoofd, op het dak van het pand, een woud van antennes en schotels. In hun hoofd een onzichtbare klok, die aftelt naar de volgende uitzending van RTL Nieuws.
Testpiloot pioniert met Tim
Producer Peter van Halem rukt zich even los van de draaikolk, om over zijn ervaringen met Tim te vertellen. Hij was één van de ‘testpiloten’ bij RTL Nieuws en pionierde met Tim voordat het op de hele redactie werd uitgerold. ‘Tim begrijpt ons gewoon goed’, zegt hij. ‘Een mooi voorbeeld van de kracht van Tim is wat ik ‘het vage zoeken’ zou willen noemen. Je weet niet meer precies hoe die ene deskundige ook alweer heette die je een jaar geleden in de uitzending had. Laat staan dat je diens telefoonnummer nog paraat hebt. Je herinnert je wel dat die meneer destijds een e-mailtje aan een collega heeft gestuurd. Tim onthoudt dat ook. De adresgegevens van die deskundige zijn als het ware aan het mailtje vastgeplakt. Daardoor kun je, louter via een toevallig trefwoord, meteen dat belangrijke telefoontje plegen. Als het moet kiest Tim zelfs het nummer voor je. Ondertussen verschijnen alle andere items die met betreffende persoon en onderwerp te maken hebben ook voor je neus.’
Het draait om snelheid
Snelheid, daar draait het om in de flitsende wereld van het televisienieuws. De verhalen eerder en beter brengen dan de concurrenten. Vanzelfsprekend voor een commerciële omroep, die het van kijkcijfers en doelgroepen moet hebben. Maar ook de ‘prikkel’ voor de televisiemakers. Bommen op Bagdad, kabinetscrisis, zwangere prinses, vliegtuigramp. Daar gaat een journalistenhart sneller van kloppen.
Teksten, beelden en geluiden uit alle hoeken van de aarde, van Appelscha tot Alaska, druppelen de hele dag door binnen. Computers, satellieten, straalzenders bezorgen de berichten ter redactie. Bureauredacteuren filteren de dingen van de dag uit deze digitale datastroom. Producers sturen er reportagewagens op af. Verslaggevers vangen de verhalen in woord en beeld.
Alle radertjes aan elkaar gelinkt
Peter van Halem: ‘Het begint bij de bron, een ANP-bericht bijvoorbeeld. Smaakt dat naar meer, dan verzamelt een redacteur daar allerlei informatie omheen. Via telefoontjes met experts en woordvoerders, zoekacties op internet, e-mailtjes. Is het item inderdaad nieuwswaardig, dan komt het op de daglijst. Vervolgens kan het tot productie-opdracht worden gepromoveerd. Dan gaat een cameraploeg erop af om beelden te schieten.
Tim is de smeerolie in deze informatiemachine. Peter van Halem: ‘Het programma verbindt alle radertjes aan elkaar, door middel van TimLinks. Of het nu een eergisteren geschreven brief is, een webpagina die een redacteur twee weken geleden heeft gedownload of een productieplan dat zojuist is opgesteld. Met een naam, een trefwoord of een getal dat ermee te maken heeft – één snipper is genoeg – kun je de hele puzzel in beeld brengen en vervolgens inzoomen op elk afzonderlijk stukje. Iconen laten zien of het gaat om brieven, webpagina’s, planningen, etc. Een druk op de knop en Tim diept het document op uit de database. Het gewenste item ontvouwt zich op het scherm.’
Computer stribbelt niet meer tegen
Tim betekent tijdwinst. Peter van Halem: ‘Dat zal best. Maar tijdwinst vind ik niet eens het belangrijkste. Natuurlijk, je stresspunt verschuift een stukje naar achteren. Maar dat vind ik onbelangrijk. Tim is gewoon goed gereedschap. De computer stribbelt niet meer tegen, maar maakt ons werk soepeler en simpeler.’
Bronnen: CRMcentraal & Tim